Borstweigeren gedurende de eerste dagen na de geboorte: hoe ga je hiermee om ?
De bevalling is achter de rug en je ligt lekker te genieten van het prachtig kindje op je buik. Eerst even bijkomen voordat hij aangelegd wordt. Hij zal wel trek hebben en het is jullie verteld dat alle baby’s spontaan op zoek gaan naar de borst na de geboorte. En eindelijk is het zover, je kleine wonder wordt naar de borst gebracht maar…het lukt niet! Waarom doet hij niet zoals de baby’s op Youtube die met volle teugen de tepel pakken en actief beginnen te drinken, is er iets aan de hand?
Inderdaad, het kan gebeuren dat een kindje “geen zin” heeft in de borst na de geboorte. Het spontaan zoeken en kruipen naar de tepel kan verstoord worden door een ingrijpende bevalling, ook al is de baby à terme en gezond geboren. Het betekent niet dat je kindje weigert om bij je te zijn, ook niet dat hij lui is of het vermogen er niet voor heeft. Het is jouw schuld niet als zoiets gebeurt en het heeft altijd een oorzaak. Vraag dus om ondersteuning, wees geduldig en neem de tijd om je baby te begrijpen en te begeleiden.
Welke omstandigheden kunnen leiden tot borstweigeren?
1. De bevalling:
- Als de bevalling medisch wordt, is de kans aanwezig dat pijnstilling ingezet wordt die invloed kan hebben op de zuigreflexen van het kindje (al is het maar tijdelijk)
- Een vacuümextractie, een spoedsectio of een navelstrengomstrengeling kunnen het vermogen van de baby om de borst te pakken beïnvloeden. De kindjes hebben na de geboorte nog vaak last van hoofdpijn of kaakpijn waardoor zij minder spontaan gaan zoeken. De inzet van een osteopaat of chiropractor is dan wenselijk om deze kwalen te verhelpen.
- In geval van meconiumhoudend vruchtwater kan het kindje na de geboorte geïntubeerd worden en de luchtwegen uitgezogen waardoor de zuig- en slikfuncties tijdelijk minder worden.
- Soms zit er nog slijm vast in de slokdarm waardoor baby’s last hebben van misselijkheid.
2. Strakke tongriem en lipbandje:
Wij praten over een frenum, een verticale band van weefsel tussen de bodem van de mond en de tong (tongriem) en een die de boven- en onderlip met de kaaklijn verbindt (lipbandje). Als de frenum te strak is, kan het aanhappen aan de borst belemmerd worden. Gemiddeld 10% van de kinderen heeft er last van, een fenomeen dat meestal genetisch bepaald is. Een frenotomie (klieven van de frenum) kan helpen om de borstvoeding plezierig te maken. Laat de tongriem door een lactatiekundige beoordelen zodat zij je indien nodig door kan verwijzen naar een specialist. De ingreep is snel en pijnloos op jonge leeftijd (onder de zes weken) maar wordt ingewikkelder op latere leeftijd als de frenum taaier en strakker is.
3. Eerste fles:
Afhankelijk van de locatie (thuis of in het ziekenhuis), van de begeleiding die je krijgt tijdens de bevalling en van de omstandigheden rondom de geboorte, kan het zijn dat je baby een flesje kunstvoeding krijgt zonder dat er aan jou wordt gevraagd of jij het goed vindt. Het hoort natuurlijk niet maar het kan gebeuren. Wees dus alert op het feit dat jij geïnformeerd hoort te zijn bij elke beslissing rondom het voeden van je baby. Vraag daarom het advies van een lactatiekundige die samen met jou naar de beste oplossing zal kijken als er bijvoeding gegeven moet worden. Een fles aanbieden kort na de geboorte kan een negatieve invloed hebben op het drinken aan de borst. De motoriek die aan de borst nodig is, kan verstoord worden waardoor een kindje in de war raakt en vervolgens de borst weigert. Kies liever voor fingerfeeding, lepeltje of cupje dat het vermogen van de baby niet zal aantasten.
4. Stuwing:
Als de borsten vol en gespannen zijn, kan de baby moeite hebben om de tepel te pakken en boos reageren als het niet lukt. Massage, toedienen van warmte en handkolven kunnen helpen om de borsten soepel te krijgen en het aanhappen te vergemakkelijken.
5. Dwingen:
Afhankelijk van de plaats van de bevalling, zal je te maken hebben met ziekenhuispersoneel of met een verloskundige en kraamverzorgster in de thuissituatie. Wat de locatie en de omstandigheden ook zijn, het is belangrijk om de baby te “respecteren” en te beschermen na de geboorte. Er wordt veel te vaak gedacht dat de baby snel na de geboorte aan de borst moet. Natuurlijk is het belangrijk dat de baby twee uur lang van onafgebroken huid -op- huid contact met zijn moeder kan genieten maar hij mag de tijd nemen om van de bevalling bij te komen en vervolgens rustig op zoek te gaan naar de borst.
Dwingen heeft geen zin en werkt averechts. Een baby begeleiden, op de borst van de moeder leggen, is voldoende. Zijn instinct zal de rest doen. Dwingen, vasthouden en verplaatsen zullen er alleen voor zorgen dat zijn oriëntatie verstoord zal raken en hij de borst zal weigeren. Laat hem dus zelf bepalen, volg zijn ritme en je eigen gevoel.
Wat kan je eraan doen? Hoe kun je het probleem oplossen?
6. Neem vroegtijdig contact op met een lactatiekundige
Zij is degene die jou op een persoonlijke wijze zal ondersteunen, op jouw eigen situatie zal inspelen en je daardoor zal begeleiden. Maak een afspraak tijdens de geboorte om te weten wat jou te wachten staat zodat je te allen tijde zal kunnen anticiperen en je eigen keuzes zal kunnen maken.
Voorbereiding, geduld en aandacht zijn vaak de sleutel tot succes.
7. Weg met de stress, neem rust en tijd voor jezelf
Als de spanning van de bevalling voorbij is en je lichaam weer tot rust is gekomen, probeer dan onbeperkt van je baby te genieten door hem zo vaak mogelijk huid -op -huid contact aan te bieden. Na negen maanden intensief met elkaar te hebben geleefd, heeft je kindje geborgenheid en nabijheid nodig. Door deze intimiteit zullen de hormonen extra gestimuleerd worden, zal de productie sneller op gang komen en zal je baby steeds getriggerd worden om op zoek te gaan naar de borst.
8. Een goede kolf inzetten
Als je kindje niet zelf uit de borst wil drinken, is het belangrijk om ervoor te zorgen dat de productie voldoende gestimuleerd wordt. Om dit te bereiken, heb je een krachtige kolf nodig die de intensiteit van de voedingen zal nabotsen. Om tijd en energie te besparen, is het verstandig om een dubbel elektrische kolf in te zetten. Denk aan massages, het toepassen van de techniek met de hand kolven in combinatie met een elektrische kolf voor een optimaal resultaat. Een fijne overbrugging om ervoor te zorgen dat je kindje moedermelk zal krijgen totdat hij weer zelf aan de borst zal drinken.
Borstvoeding is vooral een relatie tussen moeder en kind, een natuurlijk vervolg op de zwangerschap, intiem en geduldig. Zorg voor goede informatie en begeleiding zodat jij goed en vertrouwd aan je avontuur zal beginnen. Borstweigeren heeft altijd een oorzaak.